Hoe maak je bindende afspraken over de beëindiging van een franchiseovereenkomst?

Overeenkomstenrecht

Franchiseovereenkomsten worden vaak voor een vaste periode van 5 jaar afgesloten. Tussentijds kan zo’n overeenkomst niet worden opgezegd, behalve in uitzonderlijke omstandigheden. Als de franchisegever of de franchisenemer toch tussentijds wil stoppen met de samenwerking, dan is daar de toestemming van beide partijen voor nodig.

In een recente uitspraak van de Rechtbank Rotterdam ging het over zo’n situatie. De franchisenemer wilde de franchiseovereenkomst beëindigen wegens persoonlijke omstandigheden. De franchisegever stemde redelijk vlot in met die tussentijdse beëindiging van de samenwerking. De franchisegever bevestigde per mail:

“Zoals gistermiddag al even afgestemd gaan wij er gezamenlijk voor zorgen, dat we per 1 oktober met elkaar de samenwerking beëindigen”.

Franchisegever wilde vervolgens de afspraken concreet maken en de gevolgen van de beëindiging vastleggen in een vaststellingsovereenkomst. Dat is op zichzelf gebruikelijk. Bij het vastleggen van de afspraken en de gevolgen van de beëindiging bleek echter dat partijen nog niet alle praktische zaken hadden besproken. Partijen werden het alsnog niet eens en de onderhandelingen liepen spaak.

De vraag die in de uitspraak centraal stond was of een eenmaal gegeven instemming overeind blijft als niet alle (financiële en praktische) gevolgen van beëindiging zijn afgesproken.

De betreffende franchisenemer wilde in ieder geval zijn franchisegever houden aan de tussentijdse beëindiging, terwijl de franchisegever meende dat er nog geen overeenstemming was bereikt. De franchisenemer was immers niet akkoord met de vaststellingsovereenkomst. Hierdoor waren nog niet alle aspecten van de beëindiging overeengekomen.

De rechtbank gaat in dit geval mee in het verhaal van de franchisenemer. Volgens de rechtbank is de franchiseovereenkomst met wederzijds goedvinden beëindigd door de instemming van de franchisegever. Het enkele feit dat nog overeenstemming moest worden bereikt over de financiële afwikkeling, maakt dit niet anders.

Hoewel deze uitkomst erg afhankelijk is van de omstandigheden van het geval, kan hieruit wel een belangrijke les worden getrokken. Het is belangrijk om steeds in een vroeg stadium duidelijk te zijn over wat je exact wil bereiken. Als de financiële of praktische gevolgen van een beëindiging belangrijk zijn, dan zul je die gelijktijdig met de instemming moeten vermelden. Alternatief is om duidelijk aan te geven dat ieder voorstel onder voorbehoud is en er pas definitieve overeenstemming kan bestaan als beide partijen een handtekening onder de vaststellingsovereenkomst hebben gezet.

ECLI:NL:RBROT:2023:7014

Profielafbeelding Esther Brons-Stikkelbroeck

Contactinformatie

Esther Brons-Stikkelbroeck


06 28090966
esther@doenlegal.nl Socials

DOEN Legal Blog